REISVERSLAG EGYPTE
(SINAÏ) EN JORDANIË |
13 mei: Start jeepsafari We verlieten Caïro en gaan op weg naar het schiereiland Sinaï. Dit schiereiland ligt op de scheidslijn van Afrika en Azië en wordt begrensd door de Middellandse Zee, de Rode Zee en het Suezkanaal. De regio is lang een onderwerp geweest van conflicten maar hoort sinds 1982 bij Egypte. De Sinaï wordt gescheiden van het Egyptische vasteland door het Suezkanaal dat in 1869 werd aangelegd. Dit kanaal is van groot belang voor het internationale transport en een belangrijke bron van inkomsten voor Egypte. Daarnaast is het kanaal van groot strategisch belang en daarom is het gebied rondom het Suezkanaal militair terrein en dus hebben we van het Suez-kanaal alleen de Ahmed Hamdi-tunnel gezien, waar wij door reden. Vlak voor de tunnel stopten we echter bij een café waar de eigenaar veel informatie over de het kanaal en de bouw ervan had verzameld en een grote maquette van het gebied had gemaakt. Na deze stop reden wij de Sinaï in. Veel toeristen kennen de Sinaï vanwege de duikoorden aan de Rode Zee. Zeker zo mooi is echter het bergachtige binnenland met zijn prachtige natuur, de woonplaats van de nomadische bedoeïenen. De Sinaï heeft ook een grote religieuze betekenis omdat veel verhalen uit de Bijbel zich in de woestijn hier zouden hebben afgespeeld. Onze eerste stop was al direct op zo'n plaats, namelijk bij Ain Musa oftewel de Mozesbronnen (foto 1,2). Hier zou een bittere bron door Mozes zijn veranderd in een zoetwaterbron door er een tak in te werpen. Op deze plaats kwamen wij ook de eerste pelgrims tegen die wij nog vaker zouden zien deze reis. Vervolgens reden wij door naar Abu Zenama waar de bedoeïenen ons opwachtten met wie wij op woestijnsafari zouden gaan. Na de lunch (foto 3) stapten wij hier in een viertal jeeps om de schitterende Sinaï woestijn te gaan verkennen. |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
De Sinaï dankt zijn naam aan het land van Sin, naar de maangodin Sin die door zijn vroegste bewoners, nomaden uit het oosten, werd aanbeden. Al 5000 jaar geleden in de Egyptische Oudheid ondernamen Egyptenaren expedities naar dit gebied om koper, turkoois en magnesium te delven. Het blauwe turkoois uit het dodenmasker van Toetanchamon is dan ook waarschijnlijk uit dit gebied afkomstig. Nog steeds vind je veel overblijfselen zoals tempels, mijnen en nederzettingen van de oude Egyptenaren in de Sinaï. Jarenlang werd de Sinaï verder beheerst door bedoeïenenstammen en nog steeds leven zo'n 30000 bedoeïenen in de Sinaï. Hoewel de woestijn er droog uit ziet en het gebergte dreigend, bevatten de bergen van de Sinaï grote hoeveelheden waterreserves. Tussen de rotsen vind men prachtige wadi's (droge geulen) en ravijnen met water en vegetatie. Die wadi's laten zien dat het hier soms ook flink kan regenen en erosie aan de rotsen herinnert eraan dat dit gebied tienduizenden jaren geleden geheel watervlakte was. De Sinaï is echt een schitterend gebied. Door de prachtige natuur van deze Sinaï woestijn werden wij door een aantal bedoeïenen rondgereden in jeeps, zij vertelden over hun leven, lieten ons de mooiste plaatsen zien en kookten voor ons. De overnachtingen vonden plaats in de open lucht, al was de eerste nacht bij Serabit Al Chadim nog sprake van een soort kamp, de tweede overnachting was echt midden in de onbewoonde wereld. (TIP: Bekijk de Sinaï eens op de satellietkaart van Google Maps) |
||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |